Een loofhut bouwt Shlomit, een hut van groen en licht, het is veel werk zoals je ziet. Speciaal wil zij dit doen, een hut vol licht en groen. Een vredesloofhut bouwt Shlomit.
Bij 't bouwen van het dak een groene wilgentak, een palmtak en de mirre geurt. Granaatappel er bij, veel vruchten op een rij, wat naar een verre boomgaard geurt.
Dan zegt Shlomit zomaar: De loofhut is nu klaar. Gebeurt er iets dat elk verbaast. Veel mensen uit de buurt komen_zien, wat er gebeurt, voor iedereen is er een plaats.
Plots schijnt er door het dak zo fel als diamant, een ster zoals je zelden ziet. Hoe lief'lijk en hoe goed, een wonder, deez' Soekot, een vredesloofhut bouwt Shlomit. |